Kees Hoekert werd beroemd door zijn ludieke
protest bij het huwelijk van koningin Beatrix en prins
Claus: hij gooide een witte kip naar de Gouden Koets.
Met politiek engagement had dat weinig te maken: "Wat
kon mij dat huwelijk schelen? Het ging ons om de lol!"
We schrijven 9 maart 1966, de vooravond van het
huwelijk van prinses Beatrix en Claus von Amsberg. Op de
woonboot van Kees Hoekert (72) is een feestje aan de
gang. Zijn vrouw is net geslaagd voor haar
kandidaatsexamen Frans. Kees Hoekert: "Het was een
romantische tijd, het broeide in de wereld. Rusland,
revolutie, een zinderende sfeer. Ik was zelf geen
aanhanger van provo, politiek interesseerde me niet,
maar veel van mijn vrienden waren dat wel. Die avond
dronken we goedkope wijn en maakten wilde plannen voor
het huwelijk.'We richten eenden af en laten die op de
gouden koets invliegen!' riep vriendin Lia Zander. 'We
smeren leeuwenpoep op de stoepranden zodat de paarden op
hol slaan', zei een ander. Gewoon, gekkigheid."
"Toen werd er op de deur geklopt, en daar
stond Luud Schimmelpenninck (een provo-voorman) met twee
emmers wit rookpoeder. 'Jullie moeten rookbommen
maken!', riep hij, en deed het voor: beetje poeder in
zilverpapier wikkelen, en dan aansteken met een
brandende sigaret. Al gauw hadden we een hele berg en
waren de wikkels op. Toen besloten twee meiden thuis een
oud handtasje te halen. Nou, daar ging wel een kwart
emmer van dat rookpoeder in!".
Journalisten in pyjama De feestgangers
besloten dat het tijd was voor een test. "We hadden
gehoord dat prinses Irene nog werd verwacht bij het
Paleis op de Dam. Wij erheen. Er stond alleen een grote
groep agenten. Ik dacht: dat gaat mis, ze pakken ons
meteen op. Twee van ons gooiden zo'n klein bommetje. Ze
gingen al gauw uit. Een dikke agent, echt zo'n
koddebeier, stapte naar voren en zette zijn voet op één
ervan. Daardoor begon het opnieuw te roken. Dus ik
glipte achter hem, sloeg mijn armen om zijn dikke buik
en brulde: 'ik heb de dader te pakken!' Dat was lachen!
Uit het Krasnapolsky stroomden journalisten in pyjama,
en wij gingen ervandoor.
Bang De volgende dag kopte de
Telegraaf: 'Gevechten op de Dam!'. Hoekert: "Flauwekul
natuurlijk, maar ik werd bang. Ik dacht: 'als een van
die jonge agentjes van de zenuwen gaat schieten, heb ik
met mijn spelletjes straks een dode op m'n geweten'. Dat
wilde ik niet. Ik besloot de bommetjes thuis te laten.
In plaats daarvan haalde ik mijn witte kip Eibetje uit
het kippenhok. Dat leek me een mooi protest, want
'kippetjes' was toen de bijnaam van de politie.
|
Wat doet de 'koninklijke
relschopper' van weleer op 2 februari? Kees
Hoekert blijft lekker thuis. "Witte Plein?"
Hij schatert het uit. "Dat is protest met
toestemming van de burgemeester. Denkt u nou
echt dat ik die kip had gegooid als de toenmalig
burgemeester had gezegd dat het mócht? Bovendien
heeft Hoekert een broertje dood aan
Willem-Alexander, door hem consequent aangeduid
als 'dat bleke melkhoofd'. Ooit weigerde de
prins een opvanghuis voor jongeren te openen
waar Hoekert bij betrokken was. "Hij deed een
half jaar lang geen openingen want hij was te
druk met zijn studie, liet zijn woordvoerder
weten. Een week later stond hij breeduit in de
krant, een vliegtuig te dopen. Wat een
escapistische leugenaar! zo'n type verdíent
helemaal geen ludieke
acties!" | | | Dat ze wit
was kwam mooi uit; wit is de kleur van provo."
Gek met kip Kees posteerde zich
met kip langs de route. "Ik dacht, ik doe net of ik gek
ben, dan laten al die Oranjeklanten me wel door. Dus ik
roepen: 'Aan de kant, Eibetje wil de koets zien, Eibetje
is ook een koninginnetje'. Dat werkte gesmeerd, iedereen
week opzij. Toen de Gouden Koets kwam pakte ik Eibetje
en gooide. Ze belandde boven op de arm van een
palfrenier. Dat gezicht van die man vergeet ik nooit.
Onverstoorbaar veegde hij die kip weg, alsof het een
pluisje was." Na zijn actie dook Kees uitgelaten in de
gracht, waar een politieboot hem probeerde op te pikken.
Hoekert wist uit het water te komen en verdween in de
menigte. Ook met Eibetje kwam het goed: een
stadsreiniger vond haar na afloop bij de Beijenkorf en
bracht haar naar de kinderboerderij.
Rokend damestasje Kees' vrienden
Jaap en Lia Zander stonden intussen wel met een rookbom
langs de route: het tjokvolle damestasje. Kees: "Toen de
Gouden Koets kwam, drukte Jaap gauw zijn peuk erin, en
toen gáf Lia het een slinger!" Het resultaat, een
Raadhuisstraat blauw van de rook, sierde de volgende dag
wereldwijd de voorpagina's. Met politieke gevoelens had
het allemaal weinig te maken, benadrukt Hoekert.
"'Provo, da's lachen', was onze slogan. Lekker iets geks
doen omdat het niet mocht. Dat Koninklijk Huis
interesseert me geen zier!"
|